BV’s betalen een veel hogere rente over belastingschulden dan particulieren en ondernemers met een eenmanszaak.

Wie zijn belastingschuld niet op tijd betaalt, moet rente betalen. Logisch, omdat anders iedereen te laat belasting zou betalen. Maar is het ook logisch dat BV’s een veel hogere belastingrente betalen dan ondernemers met een eenmanszaak, een vof (vennootschap onder firma) of een maatschap?

Dat is namelijk het geval. Particulieren en ondernemers voor de inkomstenbelasting (IB) betalen over hun belastingschuld aan de fiscus momenteel 4 procent rente. Maar de belastingrente voor BV’s bedraagt ruim het dubbele: 8,05 procent.

Een dga (directeur-grootaandeelhouder) die belastingrente over de belastingschuld van haar BV moest betalen, was het niet met de hoge rente eens. Volgens haar, zo vertelde zij in de rechtbank Zeeland-West-Brabant, is er sprake van ongelijke behandeling tussen dga’s (directeur-grootaandeelhouders) en ondernemers die winst uit onderneming genieten.

Wettelijke handelsrente

De rechter zag dat anders. De belastingrente die BV’s moeten betalen is dezelfde als de rente die bedrijven aan elkaar in rekening mogen brengen bij te laat betalen. Dit heet de wettelijke handelsrente of de rente voor handelstransacties. Die is door de overheid in het leven geroepen om betalingsachterstanden tussen bedrijven onderling terug te dringen.

Daarnaast is er de rente voor niet-handelstransacties ofwel de rente die consumenten moeten betalen als zij te laat hun schuld aan leveranciers voldoen. De Belastingdienst doet dus niets anders dan aansluiting zoeken bij de rente voor commerciële schulden.

Bewuste keuze overheid

Opvallend is wel dat ondernemers met een eenmanszaak onder het lage tarief vallen en BV’s onder het hoge. Hier heeft de overheid destijds een bewuste keuze gemaakt. Voorop stond dat particulieren onder het lage tarief zouden moeten vallen, het tarief voor niet-handelstransacties. Weliswaar vallen nu ook ondernemers voor de inkomstenbelasting (eenmanszaak, firma, maatschap) onder het lage tarief, maar dat is slechts een kleine minderheid ten opzichte van het totale aantal belastingbetalers.

Bovendien, zo schreef het kabinet destijds, stuit het heffen van twee soorten belastingrente voor de inkomstenbelasting op praktische bezwaren. Dus de ondernemer met een eenmanszaak komt eigenlijk nog goed weg met die 4 procent belastingrente.

Paul van der Kwast is financieel planner en lid van de Vereniging Onafhankelijke Financieel Planners. Voor Z24 volgt hij de fiscale ontwikkelingen op de voet.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl